Bij een groot aantal mensen leeft het verlangen om terug vruchten uit de eigen tuin te willen plukken. Overal om ons heen wordt echter een enorm assortiment schitterend fruit van over gans de wereld aangeboden. Is er dan geen uitdaging meer over voor onze groene vingers. Zeker en vast wel.
Met ééntje hiervan wil ik jullie vandaag laten kennismaken: de Japanse krentenboom met zijn wetenschappelijke benaming Hovenia dulcis.
De soortnaam “dulcis” doet bij velen al meteen een belletje rinkelen, want het betekent zacht of zoet. En dus gaan we vlug op zoek welke eigenschap deze Hovenia aan zijn achternaam heeft geholpen.
Toen deze planten in de 19° eeuw in het Westen werd ingevoerd vanuit hun oorspronkelijke groeiplaatsen in China, was men er in Japan en India reeds lang mee vertrouwd.
Hovenia dulcis bloeit in de zomermaanden met trosjes vuilwitte bloempjes. Na de bestuiving van de tweeslachtige bloemen zwellen de bloemstelen op en groeien de vruchtjes uit. Beide kunnen geoogst worden en zijn zowel rauw als gekookt erg lekker. Wanneer de vruchten gedroogd worden zien ze er enigszins uit als rozijnen (vandaar de Nederlandse naam). Ze smaken ook zoet. Reeds vanaf zijn 7-de jaar kan men beginnen rekenen op bloemen en vruchten. Koop dus best al een iets steviger plant, zo kun je vlug je eigen rozijntjes oogsten.
Hovenia is geen moeilijke plant om te houden: geef hem een zonnige standplaats, beschut tegen al te koude wind op een goed doorlatende bodem met voldoende voedsel. In deze omstandigheden zal hij al vlug uitgroeien tot een klein boompje van 3 à 4 m hoog en een 2-tal m breed.
Ziekten of plagen komen niet voor. Ook snoeien kan men beperken tot het weghalen van takken die in onze weg staan.
Ook wanneer de plant niet bloeit of vol vruchten staat is het een heel sierlijke verschijning. Vooral het bijzonder mooie blad aan de lange bladstelen vind ik de moeite waard.
Deze plant bestuift zichzelf, je hebt dus aan één exemplaar genoeg om tot resultaat te komen.
Eet smakelijk.